EXHIBITIONS : Past | |
|
|
Lust for Life
Exhibition view Galerie De Zwarte Panter Antwerpen, 2016 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Marc Ruyters in hArt over de tentoonstelling The Study 07/03/2013 |
|
|
|
The Study
24-02 tot 11/04/2013 in Huis Happaert, Antwerpen Openingswoord: bioloog Dirk Draulans foto: Evy raes |
VERNISSAGE TOM LIEKENS ANTWERPEN 8 FEBRUARI
Dames en Heren,
Op de vernissage van een tentoonstelling die geïnspireerd is door leven en werken van de grote Charles Darwin, is het – meen ik – niet misplaatst om een toespraak te beginnen met een citaat van de grootmeester zelf, een citaat uit de autobiografie die hij op het einde van zijn leven schreef. GEDURENDE DE AFGELOPEN TWINTIG OF DERTIG JAAR IS MIJN GEEST – die van Darwin dus – IN ÉÉN OPZICHT VERANDERD. TOT DE LEEFTIJD VAN DERTIG JAAR, OF MISSCHIEN IETS LANGER, HEB IK GENOTEN VAN ALLERLEI SOORTEN POËZIE, EN ZELFS ALS SCHOOLJONGEN WAS IK VERRUKT VAN SHAKESPEARE. OOK HEB IK VROEGER AANZIENLIJK PLEZIER BELEEFD AAN SCHILDERIJEN EN MUZIEK. MAAR SINDS VELE JAREN – voor de duidelijkheid: hier is nog altijd Darwin aan het woord – HOUD IK HET NIET MEER VOL EEN DICHTWERK TE LEZEN. ONLANGS HEB IK GEPROBEERD SHAKESPEARE TE HERLEZEN, MAAR IK VOND HET ZO ONVERDRAAGLIJK SAAI DAT IK ER MISSELIJK VAN WERD. OOK HEB IK VRIJWEL ELKE BELANGSTELLING VOOR SCHILDERKUNST EN MUZIEK VERLOREN.
Als begenadigd observator had Darwin uiteraard ook een kritisch oog voor zichzelf. Hij analyseerde ook zichzelf, naast de vele andere levende wezens die hij in zijn lange loopbaan als naturalist en wetenschapper bestudeerde. DEZE MERKWAARDIGE EN TRIESTE ACHTERUITGANG VAN HOOGSTAANDE ESTHETISCHE GENOEGENS IS DES TE VREEMDER, AANGEZIEN BOEKEN OVER GESCHIEDENIS, BIOGRAFIEËN EN REIZEN MIJ MEER DAN OOIT INTERESSEREN, besloot Darwin zijn introspectie. HET LIJKT OF MIJN GEEST EEN OF ANDER APPARAAT IS GEWORDEN VOOR HET DESTILLEREN VAN ALGEMENE WETMATIGHEDEN UIT GROTE VERZAMELINGEN FEITEN, MAAR IK KAN NIET BEGRIJPEN WAAROM ALLEEN DÁT DEEL VAN DE HERSENEN IS GEATROFIEERD WAAR DE MEER VERHEVEN SCHOONHEIDSZIN VAN AFHANKELIJK IS. HET VERLIEZEN VAN DEZE BELANGSTELLING IS EEN VERLIES AAN LEVENSGELUK, EN IS MOGELIJK SCHADELIJK VOOR HET VERSTAND.
In Darwins visie, Dames en Heren, mogen wij dus blij zijn dat wij hier vanavond verzameld zijn voor de opening van een tentoonstelling vol prachtige kunst, want het zal bijdragen tot ons levensgeluk en mogelijk tot ons verstand. Het zal u niet verbazen dat ik als bioloog, en meer specifiek als evolutiebioloog, geïntrigeerd was door Tom Liekens’ interpretatie van Darwins studeerkamer, de ruimte waarin de man zoveel boeiende boeken schreef, niet in het minst natuurlijk THE ORIGIN OF SPECIES uit 1859, waarin hij de principes van evolutie door natuurlijke en seksuele selectie beschrijft, en THE DESCENT OF MAN uit 1871, waarin hij die principes consequent op de mens toepast – een toepassing die tot op de dag van vandaag controverse blijft uitlokken, omdat er nog altijd mensen zijn die niet willen aanvaarden dat wij van andere apen afstammen in plaats van door een goddelijke hand te zijn gemaakt.
Ik heb het geluk gehad Darwins STUDY in het echt te kunnen zien, tijdens een bezoek aan het landhuis in het plaatsje Down, ten zuidwesten van Londen, waar hij het grootste deel van zijn leven gesleten heeft. Het had iets magisch daar te vertoeven, en het huis was destijds wat onderkomen, nog niet gerestaureerd, zodat je dingen kon aanraken die de meester ooit zelf beroerd had. Nadien was er de replica van de STUDY in het schitterende natuurhistorische museum van Londen in 2009, in het kader van de festiviteiten naar aanleiding van de 200ste verjaardag van Darwins geboorte. Ik was er opnieuw onder de indruk, onder meer doordat de tentoonstelling opende met enkele balgen van Galapagos-spotvogels die Darwin zelf gevangen en geprepareerd had, als symbool van de evolutietheorie die van hem een wereldicoon zal maken voor de rest van de tijd die de mensheid heeft.
Het deed me plezier vast te stellen dat Tom dezelfde interesse voor Darwin en zijn studeerruimte had als ik. We hebben gemeenschappelijke roots, Dames en Heren. We zijn beiden geboren en getogen in de Kempen, en gepokt en gemazeld in de natuurliefhebberij, van kindsaf. Net als ik ging Tom soms nog voor de school al enkele uren op wandel in de natuur, en net als ik kon hij veel dieren en planten op naam brengen. Dat lukt nu, na jaren opgesloten te zijn in een volwassen leven met minder ruimte voor natuurwandelingen, wat minder, maar de fascinatie is gebleven.
En er zijn nog raakvlakken in onze levens geweest. Ik stelde tijdens het snuisteren in Toms artistieke verleden met genoegen vast dat hij ooit de coelacanth geschilderd heeft, een mysterieuze vis, een levend fossiel dat naar schatting al zo’n 400 miljoen jaar meegaat – een eeuwigheid naar evolutionaire normen, het dier had al lang geleden moeten zijn uitgestorven. Tijdens een expeditie van het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika naar de Komoren Eilanden voor de Oost-Afrikaanse kust heb ik als jonge bioloog trots met een diepgevroren coelacanth in mijn armen staan pronken, als een relikwie van de vele levensvormen die ons zijn voorgegaan, en als vertegenwoordiger van de vele soorten die wij momenteel door onze onverdroten aanslag op de rest van de natuur in de verdoemenis aan het werken zijn.
Ik zag zebra’s en okapi’s in Toms reeks HEART OF DARKNESS uit 2004, geïnspireerd op onze oude Congolese kolonie waar ik wilde avonturen heb beleefd. Ik zag papegaaiduikers en een ijsbeer op zijn schilderij DEADMAN’S ISLAND uit 2008, gebaseerd op zijn reis naar Spitsbergen, in het gezelschap van wetenschappers overigens, de cross-over tussen kunst en wetenschap is nooit ver weg in Toms werk. Het deed me vooral plezier dat ik op zijn schilderijen in de reeks BIRDS uit 2009 regelmatig een blauwe reiger zag, de vogel die ik voor mijn doctoraatsonderzoek jaren heb gevolgd, die ik ooit door en door kende. Eerder was er al een dode reiger opgedoken in zijn schilderij SALOMÉ uit 2006. Als je in de Netevallei bent opgegroeid als natuurliefhebber, kun je niet om reigers heen.
Het is duidelijk dat Tom nog altijd met dezelfde zoekende ogen als de jonge natuurminnaar naar zijn onderwerpen kijkt. Hij heeft heel goed naar Darwin en zijn studeerkamer gekeken, en heeft zich diep in zijn onderwerp ingegraven. Hij vertelde me zelfs iets over Darwin wat ik nog niet wist, nochtans iets spectaculairs, namelijk dat de hooggeëerde geleerde niet alleen de evolutietheorie bedacht heeft, maar ook de rollende bureaustoel. Hij moet de eerste zijn geweest die wieltjes onder zijn zetel liet monteren, zodat hij van zijn studeertafel naar de haard kon rollen, en weer terug – Darwin heeft een groot deel van zijn leven geworsteld met een wankele gezondheid.
Tom heeft zijn monumentale werk THE STUDY gemaakt op een manier vergelijkbaar met die van Darwin zelf. Darwin was een meticuleuze verzamelaar van inzichten en ideeën. Hij onderhield een uitgebreide correspondentie, hij hield voortdurend nota’s bij, en opmerkingen in schriftjes, hij had verzamelingen van opgezette dieren en schedels, en hij experimenteerde de hele tijd, met beestjes van zeepokken tot de duiven in zijn tuin. Hoe hij uit die chaos aan informatie ooit zijn boeken heeft kunnen destilleren is vandaag – in ons tijdperk van onmiddellijke toegang via het internet tot alle mogelijke bronnen van informatie – een volslagen raadsel. Het onderstreept nogmaals ’s mans genialiteit.
Tom heeft bij zijn artistieke reconstructie van Darwins studeerkamer ook een veelheid aan technieken gebruikt. Hij maakte afdrukken van structuurbehangpapier, van hout, van boekenruggen, vergelijkbaar met hoe hij zijn reeks DE KEMPEN maakte met evocaties van Kempense bossen door middel van afdrukken van takken, of zijn SERRES CHAUDES met afdrukken van tropische planten. Alles wat hij voor Darwins studeerkamer maakte, plakte hij op dun Chinees papier, dat hij vervolgens verknipte en ineen puzzelde tot het monumentale werk dat het finaal geworden is.
Ik heb Toms atelier onlangs mogen bezoeken, en ik kan u verzekeren, Dames en Heren, ik heb zelden zo’n chaos gezien als daar, in die ijskoude ruimte met dat ene kleine kacheltje en voorts die enorme panelen en grote hoeveelheden schildermateriaal. Zo chaotisch zal het in Darwins studeerkamer nooit geweest zijn, hoewel, zijn trouwe butler klaagde af en toe over het vele gezeul met dode beesten. Het moet er misschien wel vooral een intellectueel zootje geweest zijn, zeker in het licht van het lange geaarzel in het hoofd van de evolutieman, voor hij het aandurfde zijn hersenspinsels publiek te maken.
Op Toms THE STUDY zie je, zowel in de kleurige als de zwartwit versie, een massa details over Darwins leven en de manier waarop het geïnterpreteerd is geraakt. Je ziet er schedels en collectiepotjes en een microscoop en een gordeldier en een beeldje van een aap die geïnteresseerd naar een mensenschedel in zijn hand zit te kijken. Op de schouw staat een replica van de Beagle, het schip waarmee Darwin de wereld rondzeilde, en op de muur waar destijds de portretten van Darwins geestesgenoten hingen, géén schilderijen dus, heeft Tom in zijn werk de bekende portretten van Darwin zelf gehangen.
Op de vensterbank staat een opgezette pauw naar buiten te kijken, naar de tuin. De pauw die zo’n grote rol gespeeld heeft in Darwins denken. Want hij had al snel door dat hij er met zijn concept van natuurlijke selectie, van de best aangepasten die overleven om zelf nageslacht te krijgen, niet zou komen om de veelheid aan kenmerken die hij in soorten zag te verklaren. Want waarom zou zo’n mannelijke pauw zo’n onhandige waaierstaart ontwikkelen, de bekende pauwenstaart, hoewel de biologische eerlijkheid me gebiedt te melden dat het hier in feite niet om een staart in de strikte betekenis van het woord gaat, maar om een sterk uitgegroeide bos rugpluimen vlak boven de staart? Nu goed, het belangrijkste is dat die pluimenweelde enorm hinderlijk moet zijn als je je uit de voeten wilt maken voor een aanvaller als een luipaard. Toch doen alle mannelijke pauwen erg hun best om een mooie staart te produceren, want vrouwtjespauwen willen alleen mannen met een indrukwekkende waaier, en het heeft als man geen zin te mikken op een grotere kans om aan roofdieren te ontsnappen als je als gevolg daarvan niet van straat geraakt.
De pauwenstaart is dus het schoolvoorbeeld van seksuele selectie geworden, van kenmerken die uitgebouwd worden om indruk te maken op indien mogelijk de aantrekkelijkste partners voor de voortplanting. In die zin is het nuttig om erop te wijzen dat recent de tendens bestaat om uitingen van kunst en cultuur te beschouwen als een vorm van menselijke seksuele selectie, met muziek, dans en schilderkunst als equivalenten voor de prachtige zang van de zanglijster, de doorwrochte danspartijtjes van prieelvogels en de kleurige ornamenten van de wielewaal: kenmerken om potentiële partners te imponeren. Ook het kijken naar kunst kan dienen als aanzet om in conversatie te gaan en indruk te maken met originele visies – een stelling waar ik zelfs op de nochtans breeddenkende redactie van Knack problemen mee kreeg, omdat onze chef-cultuur het niet pikte dat zijn domein gedissecteerd werd als ware het een banale laboratoriumrat.
Maar feiten zijn feiten. Charles Darwin had zich al het hoofd gebroken over de prangende kwestie waarom alles wat in de maatschappij belangrijk was, zoals politiek, religie, wetenschap en kunst, vooral door mannen gerund en beoefend werd. Hij weet dat, en het weze hem vergeven, want zoals iedereen was ook hij een kind van zijn tijd, en zijn tijd was het Victoriaanse Engeland, niet bepaald een vrouwvriendelijke maatschappij – hij weet dat dus aan de wat mindere intellectuele capaciteiten van vrouwen, omdat ze wat minder hersenen hebben dan mannen, wegens hun kleinere gestalte.
Om te vermijden dat de dames in het gezelschap nu collectief naar de deur stappen, haast ik me om te melden dat er vandaag anders tegen deze kwestie aangekeken wordt. Vandaag weten we op basis van neurologisch onderzoek dat mannen gemiddeld niet slimmer zijn dan vrouwen. De hersenen van mannen en vrouwen hebben vergelijkbare capaciteiten. Desondanks staan er meer mannen op allerhande podia dan vrouwen, en putten ze zich meer uit in creatieve ontwikkelingen – het is hier vanavond niet anders. Ook voor biologen die vrouwvriendelijker zijn dan Charles Darwin is dat logisch: mannen moeten zich nu eenmaal interessant maken voor vrouwen. Mannen moeten in competitie gaan met andere mannen, moeten zich afficheren als een geschikte partner, al dan niet voor de voortplanting. Vrouwen kunnen zich de luxe veroorloven aan de kant te blijven en te kijken, te evalueren en te kiezen. Mannelijke schilders of redenaars zijn het mensenequivalent van de pauw die met zijn waaierstaart staat te pronken om indruk te maken op vrouwen – en zo te zien aan Toms lief heeft het alvast in zijn geval goed gewerkt.
De promotoren van deze cultuur-als-een-vorm-van-seksuele-selectietheorie benadrukken dat ze ervan uitgaan dat kunst en cultuur al véél vroeger in de menselijke voorgeschiedenis algemeen moeten zijn geweest dan op basis van de ontdekkingen van prehistorische kunst voor mogelijk wordt gehouden. Maar ook hier heeft Tom zijn eigen voorgeschiedenis mee. In een interview naar aanleiding van een van zijn vorige tentoonstellingen gaf hij aan dat hij het een enorm gevoel vond om deel te mogen uitmaken van de kunstgeschiedenis die teruggaat tot de tijd van Altamira, een van de oudste vindplaatsen van paleontologische kunst, en dus van kunst tout court.
Het is trouwens opvallend dat onze voorouders weinig bezig waren met het afbeelden van heldhaftige mannen en wulpse vrouwen, maar vooral dieren tekenden. Dieren moeten de culturele mens vanaf het begin geïnspireerd hebben. Ze hebben ook Tom vanaf het begin geïnspireerd, dieren in alle mogelijke vormen, als fossielen, skeletten, rariteiten in middeleeuwse kabinetten, tentoonstellingsobjecten in musea en dierentuinen, pluchen versies voor de moderne consumentenmaatschappij – een maatschappij die meer vertrouwd is met uitgestorven dinosaurussen dan met gewone huis- en tuinvogeltjes, die vanuit haar luie zetel met een half oog naar fantastische documentaires van bijna uitgestorven diersoorten op de televisie ligt te kijken zonder zich druk te maken om het feit dat er massaal dieren aan het verdwijnen zijn.
Het uitsterven van diersoorten was een van de eerste elementen die Darwin aan het nadenken zetten, want hij kon er niet bij dat een God zoveel moeite zou doen om zoveel fascinerende dieren te scheppen als hij ze vervolgens weer liet verdwijnen. Zelfs Darwins Galapagos-spotvogels dreigen te verdwijnen. Wij zijn momenteel de waarschijnlijk grootste, en in ieder geval snelste, uitstervingsgolf uit de geschiedenis van het leven aan het veroorzaken, door de drastische manier waarop wij steeds meer biotopen naar onze hand zetten en ongeschikt maken voor de oorspronkelijke bewoners. Ik kan het niet laten om daar ook nu eventjes mijn ergernis over te laten blijken, vooral omdat ik het gevoel heb dat Tom er eveneens mee bezig is, anders zouden er niet zoveel dode en uitgestorven dieren in zijn werk opduiken, en zou er niet dat ongelooflijke werk uit 2009 geweest zijn, getiteld EINDE VAN EEN SOMBERE DAG, een paneel met donkere jagers in een bos achter hun dode reuzentrofeeën.
Maar, Dames en Heren, gelukkig is het niet per se vanavond dat we dat uitstervingsdrama moeten oplossen of op zijn minst aanpakken. Gelukkig kunnen we vanavond wat werken aan ons levensgeluk en mogelijk ons verstand door te genieten van de prachtige kunstwerken die Tom Liekens hier presenteert. En met een beetje geluk zullen sommigen van ons er vanavond in slagen om door een diepzinnige gedachte of gewoon door hun aanwezigheid wat indruk te maken op een potentiële partner. Ik wens het iedereen van harte toe, ik feliciteer Tom met zijn indrukwekkende prestatie, en ik dank u voor uw aandacht.
Dirk Draulans, Antwerpen 8/02/2013
|
|
|
The Study
24-02 tot 11/04/2013 in Huis Happaert, Antwerpen foto: Hugo Badts |
|
|
|
The Study
24-02 tot 11/04/2013 in Huis Happaert, Antwerpen foto: Hugo Badts |
|
|
|
Els Fiers in Knack over 'The study'
|
|
|
|
Chaos Heerst, 2011
Kievitsnest, Antwerp Foto: Diego Franssens |
|
|
|
Chaos Heerst, 2011
Kievitsnest, Antwerp
Foto: Diego Franssens |
Chaos Heerst
Het erg doorwrochte schilderij Chaos Heerst, een sleutelwerk op de tentoonstelling, toont de berechting en de executie van de jager en zijn honden en vormt het sluitstuk van een trilogie over de jacht, na Nature Morte uit 2007 en Het Einde van een Sombere Dag uit 2009. In de linkse helft van het doek wordt de jager voorgeleid voor een tribunaal, met de vos als scherprechter. In het rechtse luik kent de jager zijn gruwelijke einde terwijl andere dieren zijn honden lynchen en de bok als een sater danst. In dit doek plaatst de schilder dieren in de rol van de mens en krijgt de natuur een meedogenloze rol toegedicht. Het berechten en terechtstellen van de mens door dieren behoort tot het eeuwenoude thema van de 'omgekeerde wereld' dat vooral in de prentkunst een rijke beeldtraditie kent. De essentie van de 'omgekeerde wereld' is dat alle traditionele rolpatronen zijn omgedraaid. Zo straffen kinderen hun ouders, berijdt het paard de ruiter en wordt de slager door zijn varkens gevild. Het werk ligt evenzeer in het verlengde van de traditie van dierenfabels in de kunst en literatuur; van de zeventiende-eeuwse fabels van Jean de La Fontaine tot de moderne allegorie Animal Farm van George Orwell.
In verband met Chaos Heerst maakt Liekens zelf de link met volgend fragment uit het Oude Testament: “En God zei: 'Nu gaan wij de mens maken als beeld van ons, op ons gelijkend: hij zal heersen over de vissen van de zee, over de vogels van de lucht, over de tamme dieren, over alle wilde beesten en over al het gedierte dat over de grond kruipt'.” GENESIS 1:26. De kunstenaar merkt op dat het verhaal van de mens op aarde al te veel gaat over wedijver, dikwijls strijd, niet alleen met zijn eigen soort maar ook met het dierenrijk en de krachten van de natuur.
Men kan Chaos Heerst dan ook lezen als een aanklacht tegen de weinig verheffende rol die de mens al eeuwenlang speelt in zijn strijd tegen de omringende dierenwereld. In Homo Tyrannicus schrijft Peter Verney hierover: "Toen we de strijd hadden gewonen groeide ons tweeslachtig en paternalistisch gevoel ten aanzien van dieren in het wild. Het doden ervan en tegelijkertijd ervoor zorgen. Een sentimentele houding: treuren om het verspilde bloed." Chaos Heerst II verbeeldt dan weer in een voor de kunstenaar atypisch quasi monochroom zwart een dode potvis bij nacht. In vroegere tijden werd zo’n aangespoelde potvis aanzien als een teken voor naderend onheil en ook de kunstenaar lijkt dit te willen suggereren.
Hoewel het schilderwerk van Tom Liekens naar eigen zeggen niet zo ‘bedoelerig’ is en geen vastliggende betekenis wil afdwingen bij de toeschouwer, steekt de kunstenaar doorgaans erg veel informatie in zijn werk. Onderwerpen als de grootse, overweldigende natuur versus de (nietige) mens, de man versus de vrouw, gevoelens van melancholie (waldeinsamkeit!) en verlangen liggen aan de basis van zijn schilderkunst. Door in de eigen unieke beeldtaal motieven te hernemen en in reeks te presenteren, creëert de kunstenaar een soort interne logica en genereert een werk betekenis in dialoog met de andere werken. Bovendien is zijn werk onmiskenbaar doorweven met allerhande kunsthistorische en literaire referenties. Moderne en hedendaagse meesters zijn inspirerend maar vooral aan Barok en Romantiek laaft de kunstenaar zich. Middeleeuwse en barokke wandtapijten in het bijzonder zijn een opvallende bron van inspiratie.
De kunstenaar trotseert de duisternis en wijst de toeschouwer als een charismatische gids de enige en ware weg. |
|
|
Menschen, Tiere Sensationen
Warande 2010 |
press:http://www.cobra.be/cm/cobra/expo/100628 -sa-tomliekens http://www.deredactie.be/cm/vrtnieuws/cultuur%2Ben%2Bmedia/kunsten/1.810827 http://www.facebook.com/?tid=1460483644213&sk=messages#!/video/video.php?v=1492589749136&ref=mf |
|
|
Menschen, Tiere, Sensationen
Warande, Turnhout, 2010 foto: Hugo Badts |
|
|
|
Menschen, Tiere Sensationen
Warande Turnhout 2010 foto: Hugo Badts |
|
|
|
Menschen, Tiere, Sensationen
Warande Turnhout 2010 foto: Hugo Badts |
|
|
|
Review in Knack
Menschen, Tiere, Sensationen |
|
|
|
Review hART, 10-07-2010
Menschen, Tiere, Sensationen in Warande , Turnhout |
|
|
|
|
|
|
|
Common Ground
4 December-12 December
STEPHAN BALLEUX (Belgium) HADASSAH EMMERICH(Holland) TOM LIEKENS (Belgium) MARYAM NAJD(Iran) HALEH REDJAIAN(Germany)
VERNISSAGE: Thursday 3 December at 6pm FINISSAGE : Saterday 12 December at 7pm
Opening Hours Fr-So 2-6pm Mon-Thu By appointement only: tel. 01776695906 |
COMMON GROUND Although the artists all have different cultural origins, they all have worked and lived in Flanders, particulary Antwerp, and now, meet again in Berlin. Maryam Najd(1965, Teheran) is an Iranian artist who lived for 15 years in Antwerp and is now, since two year, living in Berlin. Hadassah Emmerich(1974, Heerlen) is a Dutch artist who for some years studied at the Higher Art Institute in Antwerp and later moved to Berlin, as well as the Brussels painter Stephan Balleux(1974, Brussels). The Iranian-German artist Haleh Redjaian(1971, Frankfurt am Main) settled in Berlin after she lived and studied in Antwerp for 7 years. Tom Liekens(1977, Bonheiden) changed his Antwerp appartement for a Berlin studio.
So, eventhough they have very different backgrounds, they have shared, and now again share, a common ground, formerly in Antwerp, and now again in Berlin: so, it is not only the love for art, drawing and painting that binds them, but also these two countries. More info: +49 177 669 59 06
|
ON ‘COMMON GROUND’ IN BERLIN
ON ‘COMMON GROUND’ IN BERLIN
by David ULRICHS Published in <H>ART INTERNATIONAL
|
|
|
|
Birds
|
|
|
|
Panorama
|
|
|
|
Panorama
Expo overview @ Les Bains::Connective, Vorst, Brussel, 2009 foto: Diego Franssens |
|
|
|
Panorama, 2009
Les Bains, Vorst-Brussel |
|
|
|
Souvenirs Exotiques
Expo overview Marmeren Zaal, Antwerp Zoo, 2005 |
|
|
|
Souvenirs Exotiques, 2005
Marmerenzaal Antwerp Zoo |
|
|
|
Souvenirs Exotiques, 2005
Marmeren zaal, Antwerp Zoo |
|
|
|
Pushing the Canvas
Expo overview @Pushing the Canvas, CC Mechelen, 2007 |
|
|
|
|
|